Grote instellingen als bijvoorbeeld de Belastingdienst en het UWV hebben een dringend tekort aan programmeurs welke kunnen programmeren met de stokoude taal Cobol. Omscholingstrajecten (met baangarantie) moeten een uitkomst bieden.
Werken met Cobol geeft me adrenaline, zoals ik gewend was uit de topsport.
Waarom is er zo'n tekort aan Cobol-kenners? Dat heeft ermee te maken dat de taal al uit 1959 stamt. Wiskundige Grace Hopper ontwierp de taal zo dat hij zoveel mogelijk op normaal Engels lijkt. Dat maakte het veel toegankelijker dan voorheen om computers instructies te geven. „Mensen die een technische studie hebben gedaan, willen hun neus nog weleens ophalen voor Cobol”, zegt hoogleraar informatica Chris Verhoef aan de VU Amsterdam. Omdat 'ie zo simpel is, en nieuwere, complexere talen spannender zijn.
Cobol heeft nog steeds de toekomst, zegt Verhoef. Want voor dingen als het verwerken van miljoenen transacties in korte tijd is de taal bij uitstek geschikt.
Cobol is een hele stabiele taal
Dat zegt ook Rabobank-programmeur Stefan de Hoogt. En het is ook duurzaam, want de taal vraagt relatief weinig rekenkracht om bepaalde acties uit te voeren. Dat scheelt weer stroom.
COBOL is ontwikkeld in 1959 in opdracht van het Amerikaanse Department of Defense, onder meer door Grace Murray Hopper. Het moest een taal zijn die gemakkelijker te lezen, schrijven en onderhouden was dan de tot dan toe gangbare talen (assembleertaal en FORTRAN) en die daarnaast op meerdere typen computers inzetbaar moest zijn. De eerste versie van COBOL stamt uit 1960: COBOL-60.
De laatst bekende versie is die van 2014, waarin onder meer de mogelijkheid van dynamische tabellen aan de taal is toegevoegd.
Wereldwijd zijn nog veel bedrijfskritische toepassingen in COBOL ontwikkeld. Uit een onderzoek uit 2006 bleek echter dat 16% van de IT managers COBOL onmiddellijk wilde uitfaseren, 36% het geleidelijk wilde uitfaseren en nog eens 25% door kostenoverwegingen werd tegengehouden.